Tijdsvolgorde gebeurtenissen: 1917: Russische Revolutie 1922: Oprichting S-U 1939: Stalin sloot verdrag met Duitse nazi’s 1941: Duitsland valt de S-U aan 1945: oprichting VN Februari 1945: conferentie van Jalta Juli 1945: conferentie van Potsdam 1946: Begin Koude Oorlog 1947: Trumanleer Juni 1948: invoering D-Mark 1948-1949: blokkade van Berlijn Mei 1949: de S-U hief de blokkade van berlijn op 23 mei 1949: oprichting BRD 7 Oktober 1949: Oprichting DDR 1950-1953: Koreaoorlog 1954: Vietnam opgedeeld in twee landen 1955: West-Duitsland lid NAVO 1955: DDR verplicht lid van het Warschaupact 1959: Fidel Castro aan de macht op Cuba 13 Augustus 1961: Bouw Berlijnse muur 1961-1963: Kennedy 1962: Cubacrisis 1965-1975: Vietnamoorlog 1976: Vietnam één land onder communistisch bestuur 1985-1991: Gorbatsjov 1988: regeringen van oostbloklanden kregen te horen dat ze ook mochten hervormen Augustus 1989: ijzeren gordijn gevallen 9 November 1989: Val van de Berlijnse muur 1989-1990: Einde Koude Oorlog 3 oktober 1990: Duitse eenwording een feit 1991: de S-U valt uiteen Ostpolitik: Politiek van toenadering van West-Duitsland tot het Oostblok. De Ostpolitik werd bedacht en uitgevoerd door de West-Duitse leider Willy Brandt. Ostpolitik uiteindelijk drie verdragen (interduits verdrag): families kunnen van West-Berlijn Oost-Berlijn bezoeken. Ook afspraken zoals de onderlinge handel en leningen aan de DDR en politieke gevangenen werden vrijgekocht door het westen Oorzaken koude oorlog: 1 VS bemoeit zich met Russische burgeroorlog (1917-1919) en kiest de kant van de tsaar (Russische koning) 2 S-U trekt zich terug uit 1e wereldoorlog en laat de geallieerden in de steek. 3 S-U tekent het niet aanvalsverdrag met nazi-Duitsland (en laat dus de geallieerden in de steek) voor 2e wereldoorlog 4 communisten willen wereldrevolutie en er is een tegenstelling communismekapitalisme. Einde koude oorlog: -Het opengaan van het IJzeren Gordijn. -De val van de Berlijnse muur. -Het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Invloedsveren: Invloedssfeer: gebied waar de VS of de S-U het direct of indirect voor het zeggen hadden. West-Europa kwam onder invloed van de VS Oost-Europa kwam onder invloed van de S-U Blokkade van Berlijn: Afsluiting van alle toegangswegen en stroomtoevoer naar West-Berlijn tussen juni 1948 en mei 1949 in opdracht van Stalin. De blokka van Berlijn kwam er omdat Stalin boos was dat het westen een nieuwe munt, de D-mark, in de westerse bezettingszones invoerde. Zonder te overleggen met Stalin. Door de blokkade van Berlijn konden de westerse landen Berlijn niet meer bevoorraden en de West-Berlijners dreigden te verhongeren. Luchtbrug: Bevoorrading met vliegtuigen van West-Berlijn tijdens de blokkade van Berlijn. Berlijnse muur 1961 tot 1989: Een muur op de grens tussen Oost- en West-Berlijn tijdens de koude oorlog. De bouw van de muur moest voorkomen dat de DDR leegliep en er te veel mensen naar het westen bleven vluchten. Duitse deling 1948-1949: Het delen van Duitsland in DDR en BRD DDR (Duitse Democratische Republiek): -Oost-Duitsland -dictatuur, communisme, gevangen -herstelde slecht van de oorlog -moest een zware herstelbetaling aan de S-U betalen -de bevolking was ontevreden -stakingen en demonstraties werden met geweld neergeslagen BRD (Bondsrepubliek Duitsland): West-Duitsland -democratie, vrijheid, kapitalisme -dankzij de Marshallhulp herstelde het land zich snel -economische bloei -tevreden bevolking -welvaar door kapitalisme Duitsland in sectoren: De geallieerde landen hadden Duitsland en Berlijn in vier bezettingszones verdeeld en bestuurden elk een zone. (VS, eng, fra, S-U) Statsi: Oost-Duitse staatsveiligheidsdienst die de burgers in de DDR in de gaten hield. Mensen die kritiek hadden of wilden vluchten, werden opgepakt en in de gevangenis gestopt. In de DDR heette dat ‘heropvoeding’. Korea oorlog: Na de 2e wereldoorlog toen Japan, Korea bezette, viel Korea uiteen in twee delen, een onder invloed van de communisten (het Noorden) en een zuidelijk deel waar de Amerikanen invloed hielden. De VS was bang dat als Korea communistisch zou worden, dat steeds meer landen in die regio ook communistisch zouden worden, de dominotheorie (geld ook voor Vietnam). Een VN leger onder leiding van de VS verdedigde Zuid-Korea. Sinds 1953 is er een wapenstilstand. Tot op heden is Korea nog steeds verdeeld in een communistisch en kapitalistisch deel. -eerste conflict tijdens de Koude Oorlog waarbij wel werd gevochten. -de Verenigde Staten wilden de uitbreiding van het communisme tegenhouden. -de Verenigde Naties (VN) besloten troepen te sturen om Zuid-Korea te verdedigen. -er is nooit officieel een vredesverklaring getekend. Vietcong: Zuid-Vietnam moest een kapitalistische democratie worden, maar het land veranderde al snel in een dictatuur waarin de bevolking werd onderdrukt. Met steun van de communisten werd in Zuid-Vietnam een bevrijdingsbeweging opgericht, de Vietcong, die een eind wilde maken aan de dictatuur. De Vietcong had succes en kreeg grote delen van het land in handen. Dominotheorie: Amerikaanse theorie die ervan uitging dat als één land in Zuidoost-Azië communistisch zou worden, andere landen ook communistisch zouden worden. Vrijemarkteconomie/planeconomie Vrijemarkteconomie: economie waarin vraag een aanbod bepalen wat er wordt geproduceerd en hoe hoog de prijzen zijn. Het vrijmarkteconomie hoort bij het kapitalisme Planeconomie: Economie waarin de regering bepaalt wat de bedrijven moeten maken en hoe hoog de prijzen zijn. Het planeconomie hoort bij het communisme Containment-politiek: Containment: Indammen van het communisme Containment-politiek: Amerikaanse politiek om de communistische invloed in de wereld in te dammen Kapitalisme-Communisme: Kapitalisme: West -landen: VS, West Europa, Canada, Australië, Japan -democratie -meer vrijheid -vrijemarkteconomie: vraag en aanbod -grote inkomensverschillen Communisme: Oost -landen: Sovjet-Unie, Oost Europa, China, Vietnam, Cuba -dictatuur -onderdrukking -planeconomie: overheid -kleine inkomensverschillen Wapenwedloop: Tijdens de Koude Oorlog ontstond tussen de VS en de SU een soort wedstrijd tussen het Oostblok en het Westblok waarbij beide partijen steeds meer en krachtiger (kern)wapens ontwikkelden om zich veiliger te voelen en de andere partij af te schrikken. VN: In 1945 werden de Verenigde Naties (VN) opgericht. Het doel van de VN is om de vrede en veiligheid in de wereld te bewaren en het leven van mensen te verbeteren. Bijna alle landen in de wereld zijn lid van de VN De belangrijkste instelling van de VN is de veiligheidsraad. In die raad zitten 15 landen. 5 landen zijn permanente leden. Dat zijn de VS, Rusland, China, GrootBrittannië en Frankrijk. Gorbatsjov: Partijleider en president van de S-U (1985-1991) totdat de S-U ophield te bestaan. Hervormingspolitiek: Perestrojka: nieuwe politiek om de Sovjeteconomie te hervormen. -door gedeeltelijk het invoeren van de vrijemarkteconomie. -het toestaan van eigen bedrijfjes. -nieuwe technologieën uit het Westen ingevoerd om het land te moderniseren. -ontwapening akkoorden met de VS. -peperdure Sovjettroepen uit de landen van het Warschaupact terug te trekken. -einde maken aan de dure wapenwedloop. Glasnost: nieuwe politiek van openheid waardoor de burgers de mogelijkheid kregen om kritiek te uiten op het communistische bestuur. Waardoor valt de sovjet unie uit elkaar: Gorbatsjov moest hervormen. Deze economische hervorming noemde hij Perestrojka. Dit moest bereikt worden door openheid, glasnost. Mensen moesten hun mening kunnen geven om zo alles te hervormen. Gevolg was dat mensen geen communisme meer wilden maar democratie. Zij gingen in Oost-Europa de straat op om te demonstreren. Gorbatsjov trok de Russische legers weg uit de satellietstaten (bufferstaten in Oost-Europa). En 1 voor 1 werden deze landen onafhankelijk. Sommige vreedzaam, fluwelen revolutie in Tsjecho-Slowakije of met geweld (Roemenië). De S-U viel uit elkaar. President Reagan: Reagan wilde de koude oorlog op een andere manier voeren. Hij wilde Rusland economisch kapotmaken. Er kwam een wapenwedloop. Reagan bezoekt Gorbatsjov in Moskou om te onderhandelen over de vermindering van het aantal kernwapens in 1988. Cubacrisis: Crisis in 1962 tijdens de Koude Oorlog tussen de Verenigde Staten en de SovjetUnie over Russische raketinstallaties op Cuba. Cuba was in de jaren 50 onder invloed van de Amerikanen, er waren veel Amerikaanse bedrijven. Maar Fidel Castro greep daar de macht. De VS dacht dat dat slecht was voor de Amerikanen en plande een invasie om hem af te zetten (in de Varkensbaai), die mislukte. Nu koos Cuba wel openlijk de kant van de S-U. Toen een onbemand spionagevliegtuigje foto’s nam van een een Russische raketinstallaties op Cuba, protesteerde de VS bij de VN. De Russen zaten te dicht bij de VS (in hun invloedssfeer). Zij stuurden een vloot die de toegang tot Cuba blokkeerde, de Russen reageerden, zij stuurden ook een vloot. De wereld was bijna in een atoomoorlog beland, de Russen draaiden op het laatst om. In het geheim hadden zij met de VS overeengekomen om de raketten weg te halen als de VS haar raketten uit Turkije weghaalde. Wirtschaftswunder: Wonderbaarlijk snel herstel en groei van de West-Duitse economie in de jaren ’50. Gevolgen van het uitbreken van de koude oorlog: -zinloze wapenwedloop -veel ellende door oorlogen in de derde wereld -tijdelijke oplossing voor het ‘probleem’ Duitsland -zeer hechte samenwerking tussen Oost en West Europa Gevolgen koude oorlog voor Duitsland: Doordat Oost en West het niet met elkaar eens konden worden over de toekomst van Duitsland en Berlijn, werden het land en de stad in tweede gesplitst en ontstonden twee totaal verschillende staten. De BRD kwam bij West, werd kapitalistisch, welvarend en vrij, terwijl de DDR bij Oost kwam, communistisch, economisch niet welvarend en onderdrukt werd door de Sovjet Unie. De stad Berlijn werd door een hoge muur in tweeën gedeeld en het duurde lang voordat familie, vrienden en geliefden elkaar weer konden zien. Toen dat moment kwam, merkten ze dat hun wereld zo ver uiteen lag, dat ze elkaar niet meer begrepen. Koude oorlog omschrijving: een periode van spanning tussen de communistische Sovjet-Unie en de Kapitalistische Verenigde Staten waarin er steeds een oorlog dreigde tussen beide partijen, maar er nooit een directe oorlog kwam. kenmerken van de Koude Oorlog: -Een volledig gebrek aan vertrouwen tussen politici aan beide kanten -Er werden geweldige legers opgebouwd om de andere partij te bedreigen, zonder deze direct tegen elkaar te gebruiken -De media werden gebruikt om de daden van de andere kant te kritiseren -Er werd samengewerkt met iedereen die een vijand van de andere kant was. Zij konden ook op steun rekenen. Spotprenten, kenmerken leiders: -Lenin: klein, kaal mannetje -Stalin: stevige man, in uniform met een grote snor -Chroesjtsjov: Bolle ronde kale kop, driftig persoon Spotprenten, kenmerken: Kapitalisme: dollarteken ($) Communisme: bier (USSR), Hamer en sikkel (USSR)