NUCLEAIRE GENEESKUNDE Behandeling met Y-90 Zevalin ® BEHANDELING Behandeling met Y-90 Zevalin® U wordt verwacht op: dag om op de poli/afdeling en op uur , . dag om op de poli/afdeling uur . Als u verhinderd bent, wilt u dit dan tijdig melden en een nieuwe afspraak maken? Patiënten met een bepaald type non-Hodgkin lymfoom (folliculair B-cel NHL) kunnen behandeld worden met de radioactieve stof Y-90 Zevalin ®. In deze folder leest u hoe de behandeling verloopt en wat u ervan kunt verwachten. Hoe werkt Y-90 Zevalin ®? Er zijn ook normale B cellen, die een rol spelen bij de afweer van het lichaam. Ook deze worden vernietigd, maar na de behandeling maakt het lichaam nieuwe goedaardige B-cellen aan om het tekort aan te vullen. Y-90 Zevalin® produceert radioactieve straling. De cellen die de radioactieve stof opnemen, worden door de straling beschadigd. Zo worden de kwaadaardige NHL-B cellen vernietigd. 1 Voorbereiding • De nucleair geneeskundige legt een infuus bij u aan: een dun buisje dat in een bloedvat wordt geprikt. • De nucleair geneeskundige dient de rituximab via het infuus toe. Hier merkt u niets van. • De infusie kan enkele uren duren. Als de rituximab is toegediend, wordt het infuus verwijderd en mag u weer naar huis of naar de verpleegafdeling. Voor deze behandeling is een goede voorbereiding nodig. • Voordat u de behandeling met radioactief Zevalin® krijgt, hebt u een gesprek met de nucleair geneeskundige. Dit gesprek kan in het ziekenhuis of via de telefoon plaatsvinden. • Vóór de therapie moeten we bepaalde bloedwaarden van u weten. Als die nog niet bekend zijn, krijgt u een formulier om bij het laboratorium in het ziekenhuis of bij het huisartsenlaboratorium bloed te laten afnemen. • Hebt u nog geen PET-scan of CT-scan gehad? Dan moet deze alsnog gemaakt worden. U krijgt apart bericht. • Vóór toediening van de Zevalin® moeten de B-cellen in uw bloed vernietigd worden, zodat de radioactieve stof beter door de kwaadaardige B-cellen wordt opgenomen. Daarom krijgt u binnen een week vóór toediening van de radioactieve stof twee keer een behandeling met rituximab. • U kunt uw medicijnen, ook pijnstillers, gewoon blijven gebruiken. • Wij adviseren u om iemand te regelen die u na de behandeling naar huis rijdt. Dag 2 • Een week na het eerste infuus krijgt u nogmaals een infuus met rituximab zoals op dag 1. • Hierna spuit de nucleair geneeskundige via het infuus de Zevalin® langzaam bij u in. • Als de stof is toegediend en u zich goed voelt, wordt het infuus verwijderd en mag u weer naar huis of naar de verpleegafdeling. Bijwerkingen Het kan zijn dat u last krijgt van bijwerkingen, maar deze zijn over het algemeen niet erg hevig. Mogelijke bijwerkingen zijn: •zwakte • koude rillingen •misselijkheid •overgeven •buikpijn •rugpijn •diarree •hoesten •duizeligheid •koorts •huiduitslag •kortademigheid De behandeling De behandeling vindt plaats op 2 dagen, met een tussentijd van een week. Dag 1 • U meldt zich op de Nucleaire Geneeskunde. • We bespreken de behandeling nogmaals met u, en u kunt vragen stellen. 2 Rijvaardigheid Wanneer u een of meer van deze bijwerkingen krijgt, waarschuw dan uw arts of verpleegkundige. Zevalin® veroorzaakt vaak duizeligheid. Het kan dus invloed hebben op: • uw rijvaardigheid en • uw vermogen om machines te bedienen. Gedragsregels Y-90 Zevalin® is een radioactieve stof. De stof zit vooral in uw bloed en urine. Het is niet de bedoeling dat de mensen in uw omgeving daarmee in aanraking komen. Houd u daarom de week na de behandeling aan de volgende regels. Vermijd deze activiteiten totdat u zeker weet dat u geen last hebt van duizeligheid. Zwangerschap en borstvoeding Zevalin® is slecht voor (ongeboren) kinderen. Dus voor vrouwen geldt: • Bent u (misschien) zwanger? Meld dit dan aan de nucleair geneeskundige. • Zorg tot een jaar na de behandeling dat u niet zwanger wordt. Gebruik een betrouwbaar voorbehoedsmiddel. • Omdat de radioactieve stof ook in de moedermelk komt, mag u geen borstvoeding geven. Plassen U raakt de Zevalin® vooral via de urine kwijt. Uw urine is na de behandeling dan ook radioactief. U voorkomt besmetting van uw omgeving door: • altijd zittend te plassen (ook heren); • direct door te spoelen, liefst tweemaal; • de handen na het plassen goed te wassen. Nazorg Gebruik, als dat mogelijk is, een ander toilet dan uw huisgenoten. Na de behandeling met Zevalin® hebt u waarschijnlijk enige tijd een tekort aan bepaalde bloedcellen. • Een verminderde hoeveelheid witte bloedcellen kan een verminderde afweer veroorzaken. • Een verminderde hoeveelheid rode bloedcellen kan vermoeidheid veroorzaken. • Een verminderde hoeveelheid bloedplaatjes kan leiden tot een toename van blauwe plekken en bloedingen. Eventueel incontinentiemateriaal moet verzameld worden en apart worden weggegooid. De nucleair geneeskundige vertelt u hoe dat moet. Wondjes Spoel bij (snij)wondjes bloed direct weg. Seksuele gemeenschap Gebruik een condoom, zodat uw partner niet in contact komt met uw lichaamsvloeistoffen. Om de aantallen bloedcellen te controleren, moet u gedurende enige tijd wekelijks de bloedwaarden laten bepalen. Daarom krijgt 3 u van de nucleair geneeskundige een aantal laboratoriumformulieren mee. In de twaalf weken na de behandeling gaat u hiermee één keer per week naar het ziekenhuis of naar de huisarts om bloed te laten afnemen. De nucleair geneeskundige zorgt ook voor de vervolgafspraak bij uw behandelend specialist. Tot slot Hebt u vragen? Stel ze gerust aan uw behandelend specialist of aan de nucleair geneeskundige. U vindt ons telefoonnummer in het grijze kader achterin deze folder. 4 St. Antonius Ziekenhuis T 088 - 320 30 00 E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl www.antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp 088 - 320 33 00 Nucleaire Geneeskunde 088 - 320 75 00 Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen Poliklinieken St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 5 Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl NG 66/015-’13 Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis