Het bewijs dat √ 2 irrationaal is, dus dat √ 2 géén breuk is. (bewijs uit het ongerijmde) we veronderstellen dat √ 2 wél een rationaal getal is en dus te schrijven als het quotient van twee gehele getallen; a én b. Van die twee gehele getallen zoeken we alle gemeenschappelijke delers, en vervolgens delen we zowel teller als noemer door die delers. Het resultaat is dat de wortel uit 2 gea schreven kan worden als , waarbij a en b gehele getallen zijn zonder gemeenschappeb lijke delers. De grootste gemene deler van a en b dan 1; anders gezegd: er is geen gemeenlijke deler groter dan 1. √ 2 = a <=> √ 2 = a => a = b √ 2 b a = b √2 2 2 2 1 b (beide kanten kwadrateren)=> 2 2 a 2 = 2b 2 2 a = 2b : als b oneven is, is a even; als b even is, zal a ook even zijn; dus is a altijd een even getal. 2 a 2 is dus een even getal, dus is a dat ook; want elke kwadraat van een oneven geheel getal is altijd oneven. Dus kan a zelf niet oneven zijn en is a dan altijd even. a is even, dus je kunt zeggen dat a twee keer een ander geheel getal p is: a = 2p Daaruit volgt weer : 2b2 = a 2 = (2p)2 = 4p 2 <=> 2b 2 = 4p2 => b 2 = 2p 2 . (analoog aan boven:) b2 = 2p2 : als p 2 oneven is, zal b 2 even zijn; als p 2 even is, zal b2 ook even zijn; dus is b 2 altijd een even getal. b2 is dus een even getal, dus is b dat ook; want elke kwadraat van een oneven geheel getal is altijd oneven. Dus kan b zelf niet oneven zijn en is b altijd even. Zowel a als b zijn even gehele getallen en bijgevolge deelbaar door 2. Hieruit volgt: de grootste gemeenschappelijke deler van a en b is groter dan 1 (groter dan 2). Dit is in tegenspraak met onze keuze van a en b, die geen gemeenschappelijke deler hebben. Onze veronderstelling, dat √ 2 rationaal zou zijn was dus verkeerd en dus is bewezen dat √ 2 irrationaal is. Een getal is of rationaal, of irrationaal; m.a.w. een getal is of een verhouding van twee gehele getallen of niet. NB: als a en b aan elkaar gelijk zouden zijn, zou de ggd inderdaad gelijk aan 1 zijn. Maar dan zou √ 2 gelijk zijn aan 1. Dat is onzin, want 1 2 =1 , en niet 2.