Toxicologie behandelinformatie Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers -- Commissie Analyse en Toxicologie Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum van het RIVM Lithium Algemeen Lithium is geregistreerd voor de behandeling van manie, profylaxe bij bipolaire stemmingsstoornissen, recidiverende unipolaire depressies en bij de behandeling van schizoaffectieve psychosen. Lithiumaugmentatie wordt ook toegepast bij therapieresistente depressies.Verder wordt lithium ook toegepast bij de profylaxe van cluster hoofdpijn. Therapeutische lithiumconcentraties: a) acute manie 0.8 – 1.2 mmol/L b) profylaxe 0.6 – 0.8 mmol/L, geriatrische patiënten 0.4 – 0.8 mmol/L Preparaten: Lithiumcarbonaat: bv Camcolit® 250mg, 400mg(10.8 mmol lithium), Priadel® 400mg vertraagde afgifte preparaat, en lithiumcarbonaat generiek in verschillende sterktes. Lithiumcitraat: Litarex® 564mg (6 mmol lithium) gereguleerde afgifte. Synoniemen Zie preparaten. Toxische dosis Een acute lithiumintoxicatie heeft een betere prognose, mits snel behandeld, dan een chronische lithiumintoxicatie. Toxische effecten kunnen verwacht worden bij een lithiumconcentratie > 1,5 mmol/L (12 uur na innemen), maar meestal pas boven 2 mmol/L. Bij een acute intoxicatie kan vanaf een dosis vanaf 60mg/kg lithiumcitraat of 30mg/kg lithiumcarbonaat toxiciteit verwacht worden. Kinetiek Absorptie Lithium wordt na orale toediening vrijwel volledig geabsorbeerd (ca 90%). Tmax De maximale concentratie wordt bij een gewoon preparaat in ca 1,5 - 2 uur bereikt, en bij een preparaat met gereguleerde afgifte na 2–4 uur. Vd 0.6 – 1.0 L/kg Eiwitbinding Verwaarloosbaar. Verdeling De intracellulaire concentratie is hoger dan de extracellulaire concentratie. Lithium passeert de bloed-hersenbarrière en concentraties in de liquor bedragen ca 30 – 50% van de plasmaconcentratie. Eliminatie Lithium wordt voor 90 – 95% onveranderd via de urine uitgescheiden, ca 1% met de gal en ca 4% via het zweet. De plasmaklaring bedraagt 0,140,57 ml/min.kg en is afhankelijk van de natrium- en waterbalans en de glomerulaire filtratiesnelheid. Halfwaardetijd De eliminatiehalfwaardetijd bedraagt 12-48 uur maar kan na chronisch gebruik zijn opgelopen tot 60 uur. Bij nierfunctiestoornis, hyponatriëmie, dehydratie en co-inname van onder andere lis- en Monografie Lithium – versie 1 – 30 juni 2004 Pagina 1 van 3 Toxicologie behandelinformatie Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers -- Commissie Analyse en Toxicologie Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum van het RIVM thiazidediuretica, ACE remmers, NSAID’s en ciclosporine is de renale klaring van lithium verminderd. Klinisch beeld Onderscheid moet worden gemaakt tussen een acute intoxicatie van de patiënt die niet eerder met lithium is behandeld en een chronische intoxicatie van iemand die wel met Lithium is behandeld. Bij de acute intoxicatie zijn de symptomen en risico´s relatief minder ernstig dan bij de chronische intoxicatie. Vroege minder ernstige symptomen: braken, diarree, grove tremor, sloomheid, traagheid, slaperigheid, ataxie, duizeligheid, dysartrie, verminderde eetlust meestal waarneembaar bij lithiumconcentraties tot 2,5 mmol/L. Ernstige symptomen: bewustzijnsdaling, bewusteloosheid, spierfasciculaties, spierhypertonie, hyperreflexie, nystagmus, insulten, oligurie tot anurie, coma meestal bij concentraties >2.5 mmol/L. Verder komen voor: convulsies, myoclonieën, bradycardie, hypotensie, ventrikelfibrilleren, atriumfibrilleren, AV-block en aritmieën. Langdurige gevolgen zijn van neurologische aard m.n. spraakstoornissen, ataxie, coördinatiestoornissen, tremor en nystagmus. Differentiaaldiagnose Geen opmerkingen. Bloedspiegelbepaling Het bepalen van de lithiumserum concentratie is zinvol, echter het klinische beeld en de duur van de intoxicatie zijn net zo belangrijk voor het bepalen van de ernst van de intoxicatie en het beleid. Benodigd voor het bepalen van de lithiumconcentratie: medium : 0,5 ml serum methode : AES, ion selectieve electrode bepalingsduur : ca. 20 min. therapeutische waarden : 0,6-1,2 mmol/l (12 uur na inname) toxische waarden : >1,5 – 2 mmol/l (12 uur na inname) Geen bloedafname buis met lithium-heparine gebruiken. Overige diagnostiek Geen opmerkingen. Therapie 1 Absorptie vermindering Bij acute intoxicaties (TS) maagspoelen of, als dat niet mogelijk is, laten braken. Toedienen van actieve kool is niet effectief. Bij inname van grote hoeveelheden van een preparaat met vertraagde of gereguleerde afgifte moet totale darmlavage zeker worden overwogen. 2 Eerste ondersteuning Bepaal de lithium concentratie in serum. Infundeer 1liter NaCl 0.9% gedurende het eerste uur tenzij hiervoor een contra-indicatie is. Een lithiumintoxicatie gaat vaak gepaard met Monografie Lithium – versie 1 – 30 juni 2004 Pagina 2 van 3 Toxicologie behandelinformatie Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers -- Commissie Analyse en Toxicologie Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum van het RIVM hypokaliemie. Controleer met het lithium tevens het kalium en corrigeer het kalium zo nodig 3 Eliminatieversnelling Start altijd met het geven van voldoende vocht indien de cardiale toestand goed is, overweeg 3-5 liter NaCl 0,9% in 24 uur te geven, waarvan 1 liter in het eerste uur van de behandeling. Het vochtbeleid dient af te hangen van de diurese, electrolietenbalans en de mate van dehydratie van de patiënt. a. Als lithiumconcentratie >6 – 8 mmol/L (12 uur na innemen), hemodialyse toepassen. b. Als lithiumconcentratie 4-6 mmol/L (12 uur na innemen) is bij chronische intoxicatie, hemodialyse toepassen c. Als lithiumconcentratie 2-4 mmol/L (12 uur na innemen) is bij chronische intoxicatie en de patiënt in slechte klinische toestand, hemodialyse toepassen. d. Lithiumconcentratie volgen onder controle en correctie bloeddruk, serumelektrolyten, vochtbalans en natriumexcretie. Bij een chronische intoxicatie gaat het vooral om de eliminatie van het intracerebrale lithium. Na éénmalige hemodialyse zal een aanvankelijk genormaliseerde lithiumspiegel opnieuw stijgen na redistributie uit de weefsels. Bepaal daarom na de hemodialyse herhaaldelijk de lithiumconcentratie, ook als aanvankelijk de lithiumconcentratie na hemodialyse therapeutisch is. Het kan noodzakelijk zijn de hemodialyse te herhalen tot de lithiumspiegel is afgenomen tot <1,5 mmol/l. 4 Ondersteunende maatregelen Ondersteunende maatregelen zijn afhankelijk van klinisch beeld. Zorg voor een goede diurese, zo nodig corrigeren van vocht- en electrolytenbalans (met name natrium en kalium), beademen, toedienen van anti- epileptica (benzodiazepinen) en o.a. correctie van bloeddruk. Opmerking: bij een milde lithiumintoxicatie met spiegels < 2 mmol/L waarbij toxiciteit gemeld wordt kan door verhoogde natriuminname de lithium excretie verhoogd worden. Dit resulteert bij normale nierfunctie veelal binnen 1 a 2 dagen tot verbetering van klachten. Ziekenhuisopname is niet noodzakelijk. Auteurs M. Sjak Shie D.J. Touw Literatuur 1. Ellenhorn e.a. Ellenhorn’s Medical Toxicology 2nd Ed. 1997, pagina 1579 - 1584 2. KNMP. Informatorium Medicamentorum 2000, pagina 806-808. 3. Meulenbelt e.a. Behandeling van acute vergiftigingen 1996, pagina 92 - 95. 4. Micromedex® 2000 5. Molenman e.a. Praktische psychofarmacologie 1998, pagina 140- 209 6. Denissen JFPM e.a. Lithiumintoxicatie: diagnostiek, therapie en preventie. Pharm Weekbl 2004; 139: 1358-1362. Bijlagen Geen. Revisie Geen. Monografie Lithium – versie 1 – 30 juni 2004 Pagina 3 van 3