IP/99/980 Brussel, 14 december 1999 Commissie keurt eenentwintig strategie-richtsnoeren voor interne hervorming goed De Europese Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan een reeks fundamentele beleidsrichtsnoeren voor een interne hervorming, die als basis dienen voor het ontwerp-witboek betreffende de hervormingsstrategie. De goedkeuring van deze beleidsrichtsnoeren betekent een nieuwe belangrijke stap op de weg naar hervorming van de Commissie. De voorstellen betreffen een complete hervorming van het financieel beheer binnen de Commissie, een nieuw systeem om politieke prioriteiten en beschikbare middelen beter op elkaar af te stemmen, en een grondige herziening van het personeelsbeleid. Dit alles zal bijdragen tot een fundamentele verandering van instelling, gedrag en attitude binnen de Commissie. Vice-Voorzitter Neil Kinnock onderstreepte het belang van deze stap: “Uit de besluiten van vandaag blijkt dat de Commissie zich ten volle wil inzetten voor een ingrijpende interne hervorming. Het is de bedoeling dat de Commissie als instelling in staat wordt gesteld op een doeltreffende en te verantwoorden wijze in de behoeften van de Europese Unie en van haar inwoners te voorzien. In nauwe samenwerking met Commissielid Michaele Schreyer zullen wij het financieel beheer grondig moderniseren.” Commissielid voor Begroting, Michaele Schreyer, onderstreepte in dit verband: "Met deze hervormingen zet de Commissie een goed stap in de richting van een efficient financieel beheer zoals dat in een moderne administratie moet worden gevoerd." De hervormingsstrategie zal nu volgens toezeggingen definitief worden vastgesteld. plan en overeenkomstig onze De in het witboek bedoelde strategische opties zijn gebaseerd op het op 16 november vastgestelde document over de hervormingsstrategie. Er zijn drie hoofdthema's, en 21 praktische “richtsnoeren” die als leidraad voor deze hervorming dienen. Deze richtsnoeren vormen de basis van het witboek betreffende de hervormingsstrategie, waarvan in januari 2000 een ontwerp zal worden gepresenteerd voor intern en extern overleg. Het definitieve witboek wordt op 1 maart 2000 ter goedkeuring voorgelegd. Thema 1: Prioriteitenstelling, programmering, planning, en toewijzing van middelen De eerste reeks richtsnoeren heeft betrekking op de ontwikkeling van een aantal coherente instrumenten voor interne planning en beheer tegen de achtergrond van de invoering van een “Activity Based Management” (ABM) (op activiteiten georiënteerd beheersysteem). Via dit systeem wordt ervoor gezorgd dat de Commissie op doeltreffende wijze prioriteiten op lange termijn en op jaarbasis vaststelt, en dat zij tevens bepaalt welke activiteiten en middelen nodig zijn om die prioriteiten te verwezenlijken. Het accent zal dan ook niet meer zozeer op de input liggen, maar zal verschuiven naar de output en naar de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen. Met deze verschuiving worden de aanbevelingen van interne analyses en van het tweede verslag van het Comité der Wijzen ten uitvoer gelegd. De interne beheersprocedures moeten eveneens aan dit nieuwe kader worden aangepast, met name door overdracht van de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van operationele activiteiten naar het laagste niveau dat daarvoor in aanmerking komt. In de context van het witboek over de hervormingsstrategie wordt dan ook een herziening van de interne voorschriften betreffende de overdracht van bevoegdheden aanbevolen. Verder zullen in dat witboek de kerntaken van de overheidsdienst worden vastgesteld en ook de basisstructuur voor het beleid van de Commissie in het kader waarvan een beroep wordt gedaan op externe middelen. Thema 2: Personele middelen - Opleiding en ontwikkeling De Commissie moet een personeelsbeleid ontwikkelen dat is afgestemd op een moderne, onafhankelijke, duurzame en hooggekwalificeerde Europese overheidsdienst. Dit houdt het volgende in: - Verbetering van de aanwervingsprocedures, zodat de vaardigheden en kwalificaties van de kandidaten volledig aansluiten op de toekomstige behoeften van de instelling - Invoering van een structuur voor opleiding gedurende de gehele loopbaan, zodat kwalificaties voor beheerswerkzaamheden en voor andere essentiële taken optimaal kunnen worden ontwikkeld - Toepassing van een striktere proeftijdregeling - Invoering van een meer lineaire loopbaanstructuur die dwars door de indeling in rangen en categorieën heen loopt, om de persoonlijke ontwikkeling te stimuleren, de voldoening die het werk kan bieden te vergroten, en talenten die nu onvoldoende worden gebruikt meer aan bod te laten komen - Toepassing van duidelijke en strengere procedures voor de beoordeling van het personeel op alle niveaus - Invoering van een eerlijke en degelijke procedure om aantoonbare gevallen van incompetentie aan te pakken 2 - Invoering van nieuwe maatregelen om beter te kunnen voorzien in sociale behoeften, bijv. een ouderschapsverlofregeling - Wijziging van het Statuut, met de bedoeling rekening te houden met de instelling van het onafhankelijke Bureau voor Fraudebestrijding, en voor het personeel de mogelijkheid te creëren om vermoede gevallen van wangedrag te melden. Aangezien de Commissie wil dat ook in de toekomst hooggekwalificeerd personeel in dienst wordt genomen en dat het hervormingsproces wordt voortgezet, zal zij ernaar streven dat de algemene arbeidsvoorwaarden, inclusief de salariëring, er niet op achteruit gaan. Thema 3: Audit, financieel beheer en controle De Commissie heeft op voorstel van Vice-Voorzitter Kinnock en Commissielid Schreyer besloten het financieel beheer en de controlesystemen grondig te hervormen aan de hand van de voorstellen van het comité van onafhankelijke deskundigen. In het kader daarvan zullen de bevoegdheden van het leidinggevend personeel worden afgebakend en zullen duidelijke regels voor de toewijzing van financiële middelen worden vastgesteld, wat bijdraagt tot een deugdelijk begrotingsbeheer en tot een aanscherping van de fraudebestrijdingsmaatregelen. Om deze doelstellingen te bereiken worden de gecentraliseerde controles ex-ante die nu door DG Financiële controle worden uitgevoerd, vervangen door een systeem van interne controle dat wordt overgedragen aan de personen met leidinggevende functies in de verschillende operationele diensten. Als dit proces is voltooid, wordt het DG Financiële controle opgeheven. In het kader van deze ingrijpende hervorming heeft de Commissie ook besloten twee nieuwe afdelingen op te richten. Binnen DG Begrotingen wordt een nieuwe Centrale Financiële Dienst ingesteld die voor de hele Commissie geldende normen moet bepalen, regels moet vaststellen, en desgevraagd advies moet verstrekken aan personeel met een leidinggevende functie. Verder moet deze nieuwe dienst referentiepunten voor evaluaties vaststellen en toezicht houden op de evaluatie van programma's. Voorts komt er een oplossing voor het probleem van het mogelijke belangenconflict tussen interne audit en financiële controle - taken die momenteel binnen één enkel directoraat-generaal (DG Financiële controle) worden uitgevoerd: er wordt een onafhankelijke Dienst voor Interne Audit opgericht die rechtstreeks ressorteert onder de Vice-Voorzitter voor Hervorming. Die dienst zal de operationele diensten adviseren en de financiële controle van de beheerssystemen uitvoeren. Bovendien zal een pas opgerichte "Audit Progress Board" toezicht houden op de tenuitvoerlegging van de aanbevelingen van de auditdienst. Het Commissielid voor Begrotingen is voorzitter van dit orgaan en wordt daarin bijgestaan door de Vice-Voorzitter voor Hervorming en door twee andere Commissieleden die bevoegd zijn voor operationele DG's. Deze hervormingen worden geleidelijk, in de loop van een overgangsperiode ingevoerd. De onafhankelijke Dienst voor Interne Audit wordt uiterlijk op 1 mei 2000 ingesteld. Met het oog op de tenuitvoerlegging van de hervormingen zal het huidige Financieel Reglement grondig moeten worden gewijzigd, een punt dat prioriteit zal krijgen zodra het witboek betreffende de hervormingsstrategie is goedgekeurd. 3